| Inhoud:
| VERHOOR van Jan Jacobs. Arent Derx zei dat ze om middernacht naar het Erf de Inde moesten gaan. Arent is door het raam geklommen, hij bleef buiten. Arent gaf een mand aan en smeet een borstrok en een hemd naar buiten. Jan Jacobs heeft met een stok een groene deken en een witte borstrok, die hij nu nog aanheeft, naar buiten getrokken. Arent heeft uit een immekorf [bijenkorf] een stuk honing gehaald en dat opgegeten. Hijzelf heeft er niet van gegeten. Even na zonsopgang kwamen ze bij Jan's huis en verborgen het gestolen goed. Hij zei tegen zijn ouders dat Arent enig goed gevonden had, dat hij wilde verkopen. Gedetineerde is niet bij de verkoop aanwezig geweest. Zelf kocht hij de witte borstrok. Enige weken later ging hij met zaad naar de Deventer Markt. Zijn ouders zeiden dat hij 24 stuivers van het geld mocht afhouden om daarmee Arent te betalen voor het gekochte goed. Omstreeks Pasen 1764 kwam Jan Jacobs op een Zaterdag van Deventer en ontmoette Elbert Egberts, een timmerman uit [Buurschap] Wijssel, die dronken was. Ze gingen de Herberg de Eenhoorn in, Jan's vader kwam ook en met hem ging hij om middernacht naar huis. Arent Derx was er ook. Die zou geld uit de buidel van Elbert Egberts hebben gehaald en daarvan wat aan hem en aan zijn vader, Derk de Wever, hebben gegeven. Op Zondagavond zagen Jan en Arent Elbert Egberts uit de Eenhoorn komen met de zoon uit de Eenhoorn, Jacob Janssen. Bij de hut van Harmtjen Dell ging Jacob terug, maar Elbert ging naar binnen. Jan Mossink, toen knecht van de wever, stond ook bij de hut. Jan en Arent brachten Elbert weg. In het land van Jan Peters wilde Elbert "naar bed gaan". Hij trok schoenen en kousen uit. Jan heeft hem geen schoengespels afgenomen en Arent ook niet.Elbert gaf hem zijn mes en vork met witte heften. Jan is niet met Arent gegaan naar het huis van Arentje aan de Sevenhuijsen te Apeldoorn en heeft Arent ook niet gevraagd daar lint voor hem te kopen. Hij heeft nooit silvere gespels naar de Lombert [Lommerd] in Deventer gebracht. Hij is met Arent bij het huis van Bastiaan Otten in Oosterhuijsen [Beekbergen] geweest, maar is in het boekweitenland blijven liggen. Hij heeft voor 25 stuivers de snaphaan gekocht, die Arent daar gestolen had. Arent heeft daar ook een paar silvere gespels gestolen. Arent zou het goed hebben verpand in de Lombert en hem 2 gulden hebben gegeven. Arent heeft ook de honing uit de im gehaald. Jan heeft alleen het mes afgelikt en is toen door een bij in de lip gestoken. Arent is in de Lombert geweest, hij bleef in de deur staan. Hij heeft Arent 12 stuivers betaald voor de snaphaan op het bier van Hendrik Stegeman. |
