- Inleiding
Geschiedenis van het archief | Voorgeschiedenis
Op 1 mei 1873 trad de wet op de besmettelijke ziekten in werking, waarin stond dat Gedeputeerde staten van iedere provincie een aantal gemeenten aan moest wijzen die verplicht zouden worden gesteld een ‘gelegenheid tot afzondering en verpleging van lijders aan besmettelijke ziekten ‘op te richten. Apeldoorn was een van deze gemeenten en daarom werd er een barak gebouwd. Het enige probleem was een constant gebrek aan personeel, wat ontstond omdat men alleen maar betaald werd als er zieken verpleegd moesten worden. Deze situatie sleepte zich voort tot 1885. In die tijd gingen er veel stemmen op om een inrichting te vestigen voor het verplegen van zieken in het algemeen met personeel in vaste dienst.
Het ontstaan van de vereniging en de stichting, het bestuur en de fusie met de stichting ‘kinderziekenhuis Mary ‘ Het gevolg van deze kritiek was dat er in 1885 een commissie van vijf ingezetenen benoemd werd die tot taak had gekregen geld bijeen te brengen voor de bouw van een ziekenhuis in Apeldoorn. Die genen die een jaarlijkse bijdrage wilden storten of een bedrag van f 50,- ineens gaven, zouden voorlopig stemrecht krijgen inzake beslissingen die het ziekenhuis betroffen. Ook zouden zij bijeen komen om de statuten van de nieuw op te richten vereniging op te stellen dit gebeurde op 18 september 1885, twee maanden later, op 18 november, werd de vereniging ‘het ziekenhuis ‘bij koninklijk Besluit als rechtspersoon erkend de doelstelling luidde: ‘Het oprichten en in standhouden van een ziekenhuis in Apeldoorn’. Het bestuur bestond uit zeven leden, waaronder de vijf uit de commissie. Ieder jaar trad 1/3 deel van het bestuur af, maar was wel direct herkiesbaar. Eerste voorzitter werd dr. Zaaijer. De bemoeienis van het bestuur met de gang van zaken in het ziekenhuis was zeer groot : zij regelde de financiën, vormde het dagelijks bestuur en bepaalde of een patiënt opgenomen of ontslagen kon worden. Bij toerbeurt was een bestuurslid belast met het toezicht op het bedrijf in het ziekenhuis. Toen dit voor sommigen te tijdrovend werd, kreeg een bestuurslid permanent deze taak toegewezen. Ook moest hij de orde bewaren en de zieken in het ziekenregister inschrijven. Deze situatie duurde voort tot 1920, toen werd de eerste geneesheer-directeur, dr. Rodbard aangesteld, die de taken van het bestuurslid overnam. Vanaf 1901 nam er permanent een gemeenteraadslid zitting in het verenigingsbestuur in verband met een gemeentelijke subsidieverlening. In 1913 werden de statuten gewijzigd, ook en verband met een grotere financiële inmenging van de gemeente. Het gevolg hiervan was dat vier van de zeven bestuursleden voortaan door de gemeente benoemd werden. In Apeldoorn aan de koning Lodewijklaan bestand sinds 1887 de stichting ‘kinderziekenhuis Mary, maar omdat er na de eerste wereldoorlog te weinig kinderen verpleegd werden, was de exploitatie niet meer verantwoord. Het gevolg hiervan was dat er in 1921 een fusie tot stand kwam tussen de vereniging ‘het ziekenhuis ‘en de stichting ‘kinderziekenhuis Mary’. Beide ziekenhuizen werden sindsdien beheerd door het bestuur van de vereniging maar de exploitatierekeningen bleven gescheiden. De dienst in beide ziekenhuizen werd door een geneesheer-directeur geleid. Toen in 1940 Nederland bij de tweede wereldoorlog werd betrokken, kwam het benoemingsrecht van bestuursleden te vervallen. De door de bezetter benoemde burgemeester benoemde op zijn beurt enkele andere bestuursleden, toch konden de voorzitter en de geneesheer-directeur aanblijven. In 1913 was de vereniging opnieuw voor de tijd van 29 jaar aangegaan, in 1942 zou dit tijdvak verlengd moeten worden, maar omdat men zich niet tot de bezetter wilde wenden werd deze kwestie pas in 1949 geregeld. Omdat de vereniging in liquidatie getreden was, was een statutenwijziging noodzakelijk. In dezelfde periode speelde ook een andere kwestie. Omdat het besturen van twee ziekenhuizen organisatorisch en financieel te omvangrijk werd, was een meer professionele aanpak noodzakelijk. Daarom werd in 1950 de stichting ‘Het Julianaziekenhuis’ opgericht. Bij deze gelegenheid droeg de vereniging het beheer van het Julianaziekenhuis en kinderziekenhuis Mary over aan de nieuwe stichting. Het bestuur van de stichting bestond uit negen regenten waarvan de ene helft door de vereniging en de andere helft door de gemeente Apeldoorn benoemd werd. De burgemeester werd ambtshalve voorzitter. De doelstelling van de stichting: ‘voorziening in ziekenhuisverpleging en wat daarmee in de ruimste zin verband heeft’. Dit alles had tot gevolg dat de doelstelling van de vereniging ingrijpend veranderd moest worden, wat werd vastgelegd in een statutenwijziging in 1915. De doelstelling werd toen: ‘De behartiging van de geestelijke en stoffelijke belangen van de patiënten, die verpleegd worden in de ziekenhuizen en inrichtingen van de stichtingen ‘Het Julianaziekenhuis’ en ‘kinderziekenhuis Mary’, de instandhouding van deze stichtingen te bevorderen, onder meer door de benoeming van bestuursleden en in het algemeen werkzaam te zijn in het belang van gemelde stichtingen en van de daarin verpleegde patiënten’. Tevens werd er een wijziging aan gebracht in de benoeming s- en aftreding s procedure van bestuursleden. Iedere jaar trad een bestuurslid af volgens een door het bestuur opgesteld rooster.
De verzorging van patiënten en specialisaties
Eind 1886 werd de eerste patiënt opgenomen. Een maatstaf voor opname was wel dat de zieken geneesbaar moesten zijn, het was niet de bedoeling dat het ziekenhuis een verpleeginrichting voor langdurig zieken zou worden. Voor ingezetenen bedroeg de verpleegprijs op de grote zaal f 0,65 en op de klein zaal f 1,- per dag. Niet ingezetenen betaalden respectievelijk f 0, 80 of f 1, 25. Onvermogenden werden gratis verpleegd maar moesten dan wel, als ze daartoe in staat waren, hulp verlenen bij het schoonmaken en op andere zieken letten. Als personeel werd het echtpaar Albers aangesteld, ze werden belast met de algehele verzorging van de zieken, de schoonmaak, de was en het klaarmaken van de maaltijden. In 1896 werden de ziekenvader en moeder vervangen door een hoofdverpleegster, namelijk zuster Bosch, die tot eerste directrice-hoofdverpleegster benoemd werd. Naast haar werd nog een verpleegster te werk gesteld. Ook werden de huishoudelijke dienst en de verpleging van elkaar gescheiden. In 1892 hield de eerste specialist spreekuur, in 1899 waren dat er al vier en een tandarts. In hetzelfde jaar werden 130 patiënten opgenomen die samen goed waren voor 3408 verpleegdagen. De behandeling van deze patiënten werd grotendeels door een huisarts gedaan. In 1907 konden voor het eerst röntgenfoto’s gemaakt worden. In 1911 werd de installatie uitgebreid, naar aanleiding daarvan werd door enige doktoren de N.V. Apeldoornsche inrichting tot onderzoek en behandeling met röntgenstralen opgericht. De N.V. kreeg in het Ziekenhuis enkele kamers toegewezen. Enkele jaren later brak de eerste wereldoorlog uit, omdat er veel militairen in en rond Apeldoorn gelegerd waren stelde de vereniging 84 slaapplaatsen ter beschikking. Voor de burgerbevolking bleven er slechts 36 bedden over. In 1936 bedroeg de verpleegprijs gemiddeld f 3,75 per dag. Er werden 1621 patiënten verpleegd, samen goed voor 35.536 verpleegdagen. Er waren 72 personeelsleden. Tijdens en na de slag om Arnhem in september 1944 werden in het Julianaziekenhuis Duitse artsen verpleegd en Engelse gewonden door Nederlandse. Voor de verzorging van burgerpatiënten werd in twee scholen een noodziekenhuis ingericht. Deze patiënten werden door geëvacueerde Arnhemse verpleegsters verpleegd. In 1947 werden er 2733 patiënten opgenomen met een gemiddelde verpleegduur van 22 dagen. De gemiddelde verpleegprijs bedroeg f 9, - per dag.
Bouw en verbouwingen
In 1886 is men begonnen met de bouw van een ziekenhuis aan de Sprengenweg in Apeldoorn. Het bestond uit twee zalen voor drie kribben en twee zalen voor twee kribben en enkele vertrekken voor de ziekenvader en moeder. In 1896 werd met de eerste verbouwing begonnen. Er kwam een operatiekamer, twee nieuwe eerste klasse kamers, een wachtkamer voor de polikliniek, een nieuwe badkamer en een slaapkamer voor de verpleegster. In 1913 werd de gevel een stuk naar voren gebracht. Tot het begin van de twintiger jaren was de inrichting nog betrekkelijk eenvoudig. Met de komst van de geneesheer-directeur kwamen langzamerhand nieuwe ontwikkelingen op gang; vergroting van de capaciteit door middel van de inrichting van een kraam en kinderafdeling. Er werden twee nieuwe operatiekamers gebouwd, er ontstond een moderne röntgenafdeling, afzonderlijke poliklinieken, kantoorvertrekken, een leskamer en een eetzaal voor de verpleegsters. Dit alles kon gerealiseerd worden door rondom het ziekenhuis grond op te kopen of te ruilen. In de dertiger jaren werd de toegangsweg tot het Ziekenhuis, de Sprengenweg, door middel van bestrating stofvrij gemaakt; het Ziekenhuis aan gesloten op het lichtnet en de riolering. In 1935 werden de mannen-en de dienstafdeling uitgebreid. In 1959 is men begonnen met de bouw van een heel nieuw ziekenhuis op belendende percelen. Hetzelfde jaar kwam het ketelhuis gereed. In 1961 werden het eerste beddenhuis, het trappenhuis, de centrale keuken en de personeelseetzaal geopend. Eind 1972 waren het behandelhuis en het tweede beddenhuis gereed.
Financiën
De vereniging kreeg haar inkomsten uit nalatenschappen, waardepapieren, giften en contributies. Al vanaf 1893 moest een deel van het kapitaal dat voor grote uitgaven gereserveerd was besteed worden om de exploitatiekosten te dekken. Dit tekort ontstond voornamelijk door het gratis verplegen van on- en minvermogenden. In de gemeenteraadsvergadering van 28 augustus 1900 verzocht de vereniging de gemeente Apeldoorn met ingang van 1 januari 1901 de f 500, - subsidie die men al kreeg verhogen naar f 2000, -. Toen dit verzoek werd ingewilligd nam permanent een gemeenteraadslid zitting in het bestuur. In 1910 werd de subsidie opnieuw verhoogd, de vereniging ontving toen f 5000, - voor de verpleging van on- en minvermogenden, vermeerderd met f 1, - per verpleegdag. Ook werd tekort op de exploitatierekening aangezuiverd. Het gevolg hiervan was een statutenwijziging in 1913. In 1921 ontving de vereniging ook nog een renteloos voorschot van f 10.000, -. Tien jaar later bedroeg de schuld aan de gemeente Apeldoorn f 43.112,82. in 1947 is dat bedrag opgelopen tot circa f 480.000,-. Bij de overname van het beheer van het Julianaziekenhuis en kinderziekenhuis Mary werden ook alle schulden door de gemeente Apeldoorn overgenomen, alleen de legaten en het ‘Fonds voor patiënten’ beleven in eigendom van de vereniging. Ook na 1950 kreeg de vereniging haar inkomsten uit waardepapieren, contributies, giften en donaties.
Opleidingsinstituut
In 1908 werd het ziekenhuis erkend als opleidingsinstituut van de Nederlandse Bond voor ziekenhuisverpleging. De eerste theoretische lessen, meestal door een arts die werkzaam was in het ziekenhuis gegeven, werden in 1911 gestart. Een jaar later werden de eerste diploma’s uitgereikt. De enige voorwaarde was dat de verpleegsters in het ziekenhuis moesten werken, in verband met praktijkervaring. Deze situatie bleef gehandhaafd tot 1921. in dat jaar werd de wet tot wettelijke bescherming van het diploma voor ziekenverpleging van kracht. Het gevolg hiervan was dat bij beschikking van 13 december 1923 het ziekenhuis blijvend werd erkend als opleidingsinstituut voor diploma A. de cursusduur werd verlengd van een naar drie jaar, de lessen werden nog wel door een arts gegeven. Er werden gemiddeld tien examens per jaar af genomen. Na de tweede wereldoorlog steeg het aantal examenkandidaten zeer snel. In 1966 werd de Veluwse School voor Verpleegkundigen gesticht, deze kwam voort uit de interne opleidingen van het Julianaziekenhuis en het eveneens te Apeldoorn gevestigde stichting Liduinaziekenhuis. De school werd gevestigd in het gebouw van kinderziekenhuis Mary, waar men in hetzelfde jaar gestopt was met verplegen van patiënten.
Jubilea
In 1926 werd het 40 jarig jubileum gevierd. De vereniging kreeg namens de Apeldoornse bevolking een radiotoestel aangeboden, de Maatschappij ter Bevordering van de geneeskunst schonk een bedrag van f 655,-. In 1936 bij het 50 jarig jubileum, verleende prinses Juliana toestemming om haar naam aan die van het Ziekenhuis te verbinden. Vanaf die tijd heette het Ziekenhuis Julianaziekenhuis. Ook werd het gedenkboek ‘Vijftig jaar in dienst van de volksgezondheid’ uitgegeven. In 1961 werd het 75 jarig jubileum gevierd met de eerste steenlegging voor de eerste vleugel van het nieuw te bouwen bedden en behandelhuis.
Leden
Alle ingezetenen van de gemeente Apeldoorn van de vereniging, zij werden gewone leden genoemd en betaalden f 2,50 per jaar of f 50,- ineens. Buitengewone leden zijn niet ingezetenen van de gemeente Apeldoorn die jaarlijks bijdragen. Beide groepen hebben toegang tot de algemene ledenvergadering, hebben het recht het woord te voeren en voorstellen te doen. Men kon ook donateur worden. In het ‘Fonds voor patiënten’ kon met geld storten dat uitsluitend gebruikt werd om het ziekenhuisverblijf aangenamer te maken. |
|
|
| Voorwaarden |
| Voorwaarden voor raadpleging | Deels niet openbaar |
|
| Verantwoording |
| In 1974 werd het archief van de vereniging ‘Het Ziekenhuis’ gedeponeerd en in bewaring gegeven bij het gemeente-archief van Apeldoorn. Wel werd een bepaling opgenomen dat het archief slechts ter inzage zou worden gegeven na verkregen toestemming van het bestuur. In 1984 zijn er nog enkele stukken toegevoegd. Toen het archief in bewaring gegeven werd, waren veel stukken chronologisch geordend. Voor 1980 is een aanvang gemaakt met de herordening van dit archief, wat ten gevolge van de verhuizing van het gemeentearchief niet is afgerond. Zo heb ik het archief aangetroffen. De eerste werkzaamheid was, na het maken van een magazijnlijst, het beschrijven van de stukken, eerst zoveel mogelijk de series en daarna de losse stukken. Van een chronologische orde was vrijwel geen sprake meer, vandaar ook dat de stukken opnieuw per rubriek met eventuele onderverdeling chronologisch geordend zijn, daardoor heb ik zoveel mogelijk stukken van het bestuur uit de correspondentie gelicht en bij elkaar gebracht. De financiële stukken zijn opgesplitst in drie delen. Dit heb ik gedaan omdat bij de fusie tussen de vereniging en de stichting ‘kinderziekenhuis Mary ‘bepaald was dat de exploitatierekeningen gescheiden zouden blijven. De laatste groep bestaat uit stukken van beide instellingen die door hun uiterlijke vorm niet van elkaar gescheiden konden worden. Tijdens de inventarisatie is gebleken dat niet alle stukken meer aanwezig zijn ( zie bijvoorbeeld inventarisnummer 149) Enkele belangrijke stukken uit de periode voor het samengaan met de stichting ‘kinderziekenhuis Mary’ en na de overname van het beheer door de stichting ‘Het Julianaziekenhuis’ zijn bij de documentatie gevoegd omdat de vereniging op dat moment geen bemoeienis met deze zaken had. De inventarisatie bestrijkt de periode 1885-1972 (1982 ). Het beginjaartal is het jaar waarin de vereniging ‘Het ziekenhuis’ werd opgericht. De eigenlijke einddatum is gesteld op 1972, omdat de ‘jongste’ stukken uit dat jaar stammen. Maar om aan te geven dat er uit een latere periode stukken zijn opgenomen, is het jaartal 1982 tussen haakjes geplaatst, temeer omdat deze stukken geen volledig beeld kunnen geven over de laatste tien jaar. Het archief heeft een lengte van circa 4 meter.
Archivalia en literatuur Archivalia Secretariearchief der gemeente Apeldoorn, 1818-1915, inventarisnummers 24 en 33, inventaris door G Schuurhuis.
Literatuur Castelein, Th. J. A. Kroniek van Apeldoorn 1862 t/m 1871, Apeldoorn, 1978 Castelein, Th. J. A. Kroniek van Apeldoorn 1872 t/m 1881, Apeldoorn, 1979 Koninklijk Besluit met betrekking tot de uitvoering van de wet tot voorziening tegen besmettelijke ziekten van 1872 Provinciaal Blad van Gelderland 1873, nummer 64 Koninklijk Besluit met betrekking tot het verlenen van rechtspersoonlijkheid aan de vereniging ‘het Ziekenhuis’ Staatscourant 1886, nummer 18 Muinck Keizer, W. J. de, Kroniek van Apeldoorn 1882 t/m 1889, Apeldoorn, 1983 Nieuwe Apeldoornse Courant, 20 juni 1978, ‘Vijftien jarig bestaan van de Veluwse School voor Verpleegkundigen’ Vijftig jaar in dienst van de volksgezondheid. Apeldoorn, 1936, wet tot voorziening tegen besmettelijke ziekten Staatsblad 1872, nummer 134 Wet tot wettelijke bescherming van het diploma voor ziekenverpleging Staatsblad 1921, nummer 702 |
|
|