| Inhoud:
| De Drossart zendt een Wethe [gerechtelijke aanzegging] van derde ruiminge "aen U Beernt Aerts en Cornelis Jansen Sprenkeler als voogden over de minderjarige Aeltje en Janna van Til, hoedat ik ter instantie van Mr. A. Ardesch in qualiteit als Volmagtiger van de Heer en Mr. Henrick Gerhart Jordens Burgemeester der stad Deventer pro se & noie uxoris Vrouwe Agatha Aleida van Munster, ingevolge volmagt den 13 Meij 1761 voor Burgemeesteren, Schepenen en Raden der stad Deventer gepasseert, ten overstaen van Schepen Hermen Hendrik Otters en Nootschepen Stephanus Tappers uit cragt van contumacie [weerspannigheid aan de wet] op voorgaende peindinge, gedane eerste en tweede ruiminge en daervan geïnsinueerde Wethen en als der geöbtineerde triumphante sententien van 't laastgehoudene Gerigte deser Heerlijkheijt tegens diverse possesseurs der na te meldene ongerede goederen ergaen, geboden hebbe de derde en laaste ruiminge sampt in en aenheringe aen de navolgende ongerede goederen van de kinderen van wijlen Hugo van Til en Geertje Willemss in leven Ehelieden, en sijnde voor het hierna te meldene capitaal, renthe en costen speciaal verbonden." [hier volgen de 20 bezittingen, daarna de 10 bezittingen van de erfgenamen van Jacob Jurriens en dan nog de 10 bezittingen toebehorende aan de kinderen en Erffgenamen van wijlen Egbert Jochemss.] "Teneinde om aen alle de bepeinde goederen te verhalen affectatie, securiteijt, preferentie en werkelijke voldoeninge van 1. eene summa van 163 - 3 - 6, sijnde een jaer renthe van een restant capitaal groot 3625 gl en 18 stuiver en 2. tot voldoeninge van dat capitaal selfs, groot geweest 8000 gl. door wijlen Hugo van Til en Geertje Willemss in leven Egtel. bij gerigtelijke obligatie in dato den 11 Junij 1755 schuldig bekent." [Voor alle bezittingen en de namen van de eigenaren (ook de huidige bezitters) zie fol. 73 en 73[A]. Als er gezocht wordt op de naam Hugo van Til, dan verschijnen alle namen]. |
