| Inhoud:
| Op ordre van de Drossard heeft de Scholtis van dese Heerlijkheijt de stucken betreffende de desolate boedel van wijlen Jan van Cleeff gesien en de rekeningen geëxamineert, soo van gerigtelijke costen als gedane aangiften der crediteuren. Vonnis: Er waren geen ongerede goederen. De opbrengst van de gerede goederen na aftrek van de costen der vercopinge ad 5 - 6 - 0 bedraagt 22 - 12 - 0. Hieruit sullen worden betaalt: a. aan den Scholtis wegens gerigtelijke jura 9 - 7 - 0, aan deselven 2 - 0 - 0 voor uittellen der penningen, 2. aan Jochem Brouwer 1 - 8 - 0 voor hooftgelt, 3. aan Beernt Bosgoed 0 - 16 - 0 voor idem, 4. aan B. Hermsen Mesenberg 7 - 17 - 0 voor camer-huir, 5. aan de Secretaris 1 - 4 - 0 voor dese acte, waermede dan het provenue der ontfangene penningen geäbsorbeert sijnde, wordende voorn. en alle andere te cort comende crediteuren gerenvoijeert om derselven cort en agterwesen te soeken, daer en soo sij sullen vermeenen te behoren. |
