Inhoud:
| Tenlastelegging: Hendrik Kock, Johannis Kock, Hermannus Schornagel als in huwelijk hebbende Johanna Kok, Margaretha Kok en Christina Kok, eenige en universele erffgenamen van Jan Engel Kock dagen Grietje Rijnders weduwe van Jan Jansen van 't Loo als moeder van en bij wie in huis gestorven is Rijntje Janss van 't Loo in leven wed. van wijlen voorn. Jan Engel Kock om te horen verclaren, dat de Verweerderse alnog schuldig en gehouden is binnen den tijt van ses weken aen de Aenleggeren over te geven een perfecten staet en inventaris van alle sodane gerede en ongerede goederen actien en crediten, als gemelte Jan Engel Kok stervende nagelaten heeft, immers voor soo verre die effecten aen de Verweerderse bekent sijn en sij dien inventaris met ede sal connen sterken, en dat sij verpligt is den selven na examinatie en soo nodig redres met solemnelen ede te bevestigen, voorts ook om binnen voorn. termijn aen de Aenleggeren soo nodigh, voor gebeur over te geven copij authenticq van sodane huwelijxvoorwaerden, testamentaire dispositie, tugtmakinge off diergelijke acte off actens als tusschen voors. Jan Engel Kock en sijn vrouw Rijntje Janss van 't Loo sampt off ieder in 't bijsonder gemaakt opgerigt off gepasseert mogten sijn. Vonnis: Het Gerigt verstaet, datter bij gebrek van genoegsaem bewijs gedaen is een quaede aenspraak en daer tegens een goede tegenweer. |