Inhoud:
| Aeltje Meeuwssen, 16 jaar oud, geboren [Buirschap] Wijssel, [Apeldoorn] heeft als dienstmaagd 9 weken gewoond bij Teunis Camphorst en in die tijd uit de kast 11 gulden ontvreemd. Ze heeft dat bekend aan de dochter van Teunis en het geld teruggegeven en is daarna ontslagen. Daarna is zij naar Epe vertrokken en bij Hermen Spaan opnieuw als meid ontslagen, omdat haar verleden bekend werd. Vervolgens is zij door haar zuster aanbevolen als dienstmeid in Amersfoort bij de koopman Jan van Geenhuisen in een linnen en wollen winkel. Daar heeft zij in Juli 1772 na 24 uren een lap stof (Haerlemmer streep) gestolen van ongeveer tien el. Ze gaat daarmee terug naar Wijssel en verstopt de stof in het Soerder Bosch. Met haar moeij Heiltje haalt ze de lap op. Haar zuster vergoedt de lap stof. Vonnis: Verbanning voor 12 jaar uit de Hoge Heerlijkheid. Het Gerecht houdt rekening met haar matige kennis en verstand (mediocre kennisse en verstand) en met het feit dat het geld teruggegeven is en de lap stof is vergoed. |